Omgaan met boze, teleurgestelde en verdrietige kinderen.

Je kent het vast wel: het is bijna etenstijd en je kind vraagt om een snoepje. Jij zegt “Nee” , je kind blijft doorzeuren en uiteindelijk zijn jullie beide boos. Weg sfeer, weg gezelligheid en dat ebt nog even na tijdens het avondeten. Of jullie zijn een spelletje aan het doen en je kind verliest, barst in huilen uit en is ontroostbaar.
Het liefst zien we ons kind blij en gelukkig en daarom helpen we ons kind het liefst zo snel mogelijk van dit vervelende gevoel af.
Bijvoorbeeld door te zeggen:
- dat het niet erg is om een spelletje te verliezen, dat dit er bij hoort,
- dat je kind best weet dat er voor het avondeten niet meer gesnoept mag worden,
- dat je kind pesters moet negeren,
- dat het jongere broertje of zusje nog heel klein is en niet weet wat het doet,
- dat het allemaal wel mee valt en het niet verdrietig hoeft te zijn, of dat het al weer over is.
Je kunt heel erg je best doen je kind weer uit de emotie te halen, maar soms lijkt helemaal niets te werken en kun je je heel machteloos voelen. Doordat je je kind zo snel uit de emotie wil halen, ga je vaak voorbij aan datgene dat je kind je met zijn gedrag wil vertellen.
Want vaak voelt je kind zich gewoon verdrietig, teleurgesteld, moe of boos en kan hij dit nog niet op een sociaal geaccepteerde manier duidelijk maken. Wat hij eigenlijk wil zeggen met zijn gedrag is: “ Zie en hoor je dat ik me verdrietig, teleurgesteld, moe, boos voel en wil je mij troosten?”
Net als volwassenen vinden kinderen het ook fijn om erkenning te krijgen voor hun gevoel. Hoe zou jij je voelen als je een rot dag hebt gehad, chagrijnig thuis komt en je partner tegen je zegt dat hij nu geen zin heeft in dit gezeur, het allemaal wel mee valt, en pas als je weer gezellig kan doen, je terug mag komen? Waarschijnlijk niet serieus genomen, niet gezien en gehoord, en nog geïrriteerd en meer chagrijnig ook. Hoe anders zou het zijn als je partner zou zeggen:
“ Ik zie dat je niet lekker in je vel zit, wat vervelend voor je, zo’n rotdag.” ?
Erkenning Troost en Realiteit
Kinderen vragen om erkenning en begrip. Je kunt dit je kind geven door de volgende stappen:
- Erken je kind in wat hij voelt.
“Ik zie dat je boos bent omdat je geen snoepje meer krijgt.” “ Wat een baal gevoel krijg je van verliezen he.” - Geef begrip en troost op zijn gevoel.
“ Balen he, dat je geen snoepje meer krijgt, want je wilde er zo graag nog een.” “Jammer dat je verloren hebt, want je wilde juist zo graag winnen. “ - Vertel hem de realiteit.
“ Je krijgt geen snoepje meer voor het eten.” “ Je hebt nu helaas verloren, volgende keer heb je weer een kans om te winnen.”
Het is belangrijk om de erkenning en troost zo vaak te herhalen als nodig is voor jouw kind in deze situatie. Soms ook weer opnieuw na het vertellen van de realiteit. Op het moment dat je kind weer rustig is, heeft je kind het gevoel dat het begrepen wordt.